Als we in Nederland onze (digitale) grondrechten niet strakker gaan bewaken, dreigt een digitale controlestaat met een alwetende overheid. Daarvoor waarschuwde NSC-lijsttrekker Pieter Omtzigt in zijn Binnenhoflezing begin september. Veiligheidsdiensten die burgers afluisteren in de strijd tegen terrorisme, dataverzameling om misbruik van uitkeringen aan te pakken: het zijn voorbeelden van goed klinkende doelen, maar ze heiligen lang niet altijd de middelen. Verzet tegen deze maatregelen is vaak niet populair, maar volgens Omtzigt wel broodnodig om te voorkomen dat de macht van de overheid ongecontroleerd wordt gebruikt om fundamentele rechten te schenden.
‘In een dictatuur controleert de regering de bevolking’
De afgelopen jaren zijn de technische mogelijkheden om veel informatie te verzamelen over burgers enorm toegenomen. Daarmee kunnen allerlei instanties, waaronder ook onze eigen overheid, grote hoeveelheden informatie verzamelen op relatief eenvoudige wijze. De verwerking van al die data biedt ongekende mogelijkheden. “In een dictatuur controleert de regering de bevolking, in een democratie is het precies andersom”. Maar, zo waarschuwt Omtzigt, met een overheid die zoveel data over burgers verzamelt, dreigt ook bij ons een regering die de bevolking controleert.
De parlementariër noemt het voorbeeld van de Belastingdienst: die houdt zich niet aan de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en heeft de afgelopen jaren de ene na de andere wet overtreden. Probeer dat maar eens als burger. De Belastingdienst hield zwarte lijsten bij met fraudesignalen. Een vermoeden was al genoeg om burgers op de zwarte lijst te zetten, die daar grote gevolgen van ervoeren (denk maar aan de toeslagenaffaire).
Controlemechanismen ontbreken
Meer dan 5.000 ambtenaren hadden op het hoogtepunt toegang tot deze lijst en er werd niet bijgehouden wie welke gegevens op de lijst geplaatst had. De Belastingdienst heeft niet bijgehouden met wie de gegevens op de lijst allemaal zijn gedeeld. Je kon er dus niet alleen ten onrechte op de lijst staan, maar je gegevens kunnen vervolgens ook zijn beland bij gemeentes, politie en OM. De gevolgen kunnen funest zijn, bijvoorbeeld voor het krijgen van uitkeringen, een hypotheek of woonruimte. Die gevolgen kunnen niet meer worden teruggedraaid, omdat een controle- en herstelmechanisme ontbreekt.
We hebben gezichtsherkenning met camera’s, nummerbordherkenning, opslag van passagiersgegevens, wifi-tracking en weten dus vaak wanneer iemand waar is. Koppel daaraan belastinggegevens, het elektronische patiëntendossier en meer en je hebt een controlestaat voor je het weet. Omtzigt noemt China als voorbeeld: daar is een sociaalkredietsysteem waarin je meer vrijheden hebt als je het gewenste gedrag vertoont.
Tijd om (digitale) grondrechten af te dwingen
En dus is het volgens Omtzigt hoog tijd dat we onze fundamentele rechten gaan herwaarderen en beter gaan beschermen, juist in een tijd waarin de overheid zich ook steeds meer bedient van algoritmes, waarmee grote hoeveelheden data gemoeid zijn. Hoe? Grondrechten moeten afdwingbaar zijn, de rechtsstaat moet voor iedereen bescherming bieden en de Tweede Kamer moet een grondrechtencommissie instellen. Alleen zo kan de informatie- en daarmee de machtsbalans worden hersteld, en kan de burger weer de regering controleren, in plaats van andersom.