Langzaam maar zeker verbetert de digitale toegankelijkheid van overheidswebsites en -apps, maar er is nog een lange weg te gaan. Slechts 8% van alle sites en apps van Nederlandse overheden voldoet volledig aan de wettelijke toegankelijkheidsvereisten zoals vastgelegd in de Wet digitale overheid (Wdo), een toename van 1,5 procentpunt sinds het begin van het kalenderjaar. Hoewel meer dan 90% van de overheidssites- en apps dus nog niet aan alle toegankelijkheidseisen voldoet, gebeurt achter de schermen wel veel om de komende jaren grote stappen te maken.

De cijfers zijn gebaseerd op de gegevens van alle websites en apps die zijn geregistreerd in het Dashboard DigiToegankelijkheid, dat het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) zelf in het leven heeft geroepen om beter inzicht te bieden in de toegankelijkheid van digitale overheidsdienstverlening. In totaal staan een kleine 9.000 sites en apps geregistreerd in het dashboard. Dat zijn websites van de Rijksoverheid en uitvoeringsinstanties, maar ook van provincies, waterschappen en gemeenten. Hoewel volgens de website maar liefst 57% van de alle sites en apps al “voldoet aan de wettelijke verplichting”, betekent dat niet dat al die websites ook volledig toegankelijk zijn.
Veel sites voldoen aan de wet, maar zijn niet (volledig) toegankelijk
In het Dashboard DigiToegankelijkheid krijgen de overheidswebsites en – apps namelijk een score in het bereik A tot en met E. Sites en apps met de score A voldoen aan alle 50 toegankelijkheidsvereisten van de Richtlijn voor voor Toegankelijkheid van Webcontent (WCAG) van het World Wide Web Consortium (W3C), waarop dan weer de toegankelijkheidsrichtlijn van de Europese Unie is gebaseerd. De eisen in deze richtlijn zijn primair opgesteld om te borgen dat mensen met functiebeperkingen (onder meer doof- en slechthorendheid, blind- en slechtziendheid, cognitieve en motorische beperkingen) goed met sites en apps overweg kunnen.
Sites en apps met scores B zijn wel volgens de WCAG-methode doorgelicht, maar voldoen niet aan alle 50 eisen. Maar als er verbetermaatregelen worden genomen, voldoen zij wel aan de wet. Sites en apps met score C zijn nog niet onderzocht volgens de WCAG-methode, maar zo’n onderzoek staat wel binnen een halfjaar gepland. Ook die sites en apps voldoen aan de letter van de wet. Alle sites en apps met status A, B en C bij elkaar opgeteld vormen de 57% waarvan het Dashboard DigiToegankelijkheid meldt dat ze aan de wet voldoen. Als de genoemde onderzoeken en verbetermaatregelen daadwerkelijk plaatsvinden valt derhalve te verwachten dat het aantal sites en apps met score A de komende jaren flink gaat oplopen.
Serieuze inhaalslag in gang gezet
Dat is ook een nadrukkelijke wens van verschillende partijen in de Tweede Kamer. Bij het debat over de begrotingsonderdelen digitalisering voor 2025 uitten GroenLinks-PvdA, de ChristenUnie en BBB hun onvrede over het minimale aantal websites en apps met een A-status. Toenmalig staatssecretaris Szabó (Digitalisering en Koninkrijksrelaties) zei “zich dood te schamen” voor de trage voortgang. Hij speelde met het idee een bijeenkomst te beleggen met alle overheden en hun een inspanningsverplichting op te leggen om op korte termijn hun toegankelijkheid op orde te krijgen.
Inmiddels is Szabó niet langer (demissionair) staatssecretaris, maar achter de schermen lijkt een serieuze inhaalslag in gang gezet om het percentage toegankelijke overheidswebsites- en apps op te krikken tot signifcant meer dan de schamele 8% die het nu is. Stichting Digitaal Burgerschap Nederland (DBN) benadrukt graag dat goede digitale dienstverlening en communicatie door de overheid verder gaat dan de WCAG-toegankelijkheidsvereisten. DBN ontwikkelde de Sociale Digitale Standaard (SDS), die de burger centraal stelt in zijn relatie met de overheid. Naast toegankelijkheid zijn daarin onder meer hoofdstukken opgenomen over het ontwikkel- en ontwerpproces, de organisatie en transparantie. Raadpleeg hier de hele Standaard.
